Vleugelvliegen?
Mensen die beginnen met modelvliegen hebben vaak al een interesse voor luchtvaart. Modelvliegen biedt de mogelijkheid om laagdrempelig zelf actief met luchtvaart bezig te zijn. Het vliegen is een vaardigheid die je moet leren en dat gaat het best op een vereniging waar je van instructeurs les kan krijgen. Hoe gaat leren vliegen in z'n werk bij onze vereniging?
Je begin met een vliegtuig wat een beetje eenvoudig is te vliegen. Die mooie spitfire of grote zwever met alle klepjes en flapjes is voorlopig iets voor later. Zo'n toestel dat geschikt is om mee te leren noemen we een "trainer" en onder een dergelijke naam worden die vliegtuigen ook in de handel aangeboden. Je bouwt, koopt of leent een "trainer" en als je denkt dat het vliegklaar is neem je het mee naar de club. het liefst op een clubavond, want dan hebben we tijd en de mensen om het toestel eerst eens grondig te controleren. Het is natuurlijk de bedoeling dat je trainer veilig kan vliegen en dus moeten eventuele mankementen eerst worden opgelost. Ervaren vliegers/bouwers kunnen hier in adviseren en begeleiden hoe je het werk dan zelf thuis kan doen. Modelvliegen is ook een technische hobby, dus de technische kant leren hoort daar ook bij. Je krijgt dan de eerste keren huiswerk mee: Dit beter bevestigen, daar een beter stekkertje aan, roeruitslagen aanpassen enz...
Als je vliegtuig klaar en vliegwaardig is bevonden, dan zal een instructeur het toestel invliegen. Hierbij wordt dan gekeken of er nog iets aan afgesteld moet worden. Meestal is dat beperkt tot vergroten of verkleinen van de roeruitslagen, zodat het vlieggedrag past bij een beginner. Soms ook blijkt dat er toch nog iets meer gesleuteld moet worden en dan houd het voor die dag weer op. Als het vliegtuig in orde is, dan kan het eigenlijke lessen beginnen. De instructeur brengt het toestel op veilige hoogte en dan krijg je de zender in handen en mag je het zelf gaan proberen. Als het fout gaat neemt de instructeur de zender weer over. Hersteld de situatie, legt uit wat je fout deed en dan probeer je het weer opnieuw. Elke keer als je iets beheerst komt er iets nieuws bij. De eerste lessen beginnen met rechtuit vliegen en voorzichtig bochtjes draaien. Daarna komt stijgen en dalen erbij. Dan, als dat betrouwbaar gaat volgt het landen en opstijgen (laag bij de grond kan de instructeur niet meer ingrijpen). Uiteindelijk komen er nog vliegfiguren bij die in het brevet programma staan. Bij het brevet vliegen testen we of je het toestel in elke situatie onder controle kan blijven houden en veilig kan starten en landen. Bij je brevetvluchten wordt vooral op die veiligheid gelet. Gemiddeld zijn zo'n 40 vluchten nodig om het brevet niveau te bereiken. Er bestaan brevetten voor (elektro)zweef, motorvliegen (verbrandingsmotor of elektrisch) en helicopter. Hiermee mag je dan zelfstandig met je lestrainer of een gelijkwaardig type vliegen. Je bent niet meer afhankelijk van de tijden dat een instructeur beschikbaar is, dus je kunt nu extra veel oefenen en je vliegen nog verder verbeteren.
Vervolg opleiding:
Kom je met een nieuwe type vliegtuig (eerste rolroertrainer. eerste laagdekker, eerste 2 been landingsgestel enz...) dan hebben we bij onze vereniging de afspraak dat je eerst moet overleggen met een instructeur. Die kan besluiten dat je met wat aanwijzingen met je nieuwe vliegtuig kan gaan vliegen, of dat je wat lessen nodig hebt om de eigenaardigheden van een complexer type onder de knie te krijgen. Het brevet halen is slechts een stap in je totale vliegopleiding. Het is nog lang niet een eindpunt, maar slechts iets om het begin af te sluiten. Eigenlijk kan je altijd wel een nieuwe uitdaging vinden, dus blijf je doorleren. Nog een paar punten om aan te denken: - Het uitzoeken van een trainer. Iemand die zijn brevet heeft gehaald met een moeilijker trainer kan bij het halen van een brevet al behoorlijk goed vliegen, maar zal meer lessen nodig hebben en langer afhankelijk zijn van een instructeur. iemand die begint met een heel eenvoudig toestel heeft sneller z'n brevet en kan met dat toestel zelfstandig (en veel) gaan vliegen. Bij een volgend complex vliegtuig heb je wel bijles en aanwijzingen nodig, maar door de extra ervaring met je simpele toestel pik je het toch weer snel op. Dus: mensen met eenvoudige trainers hebben eerder hun brevet en kunnen vliegen terwijl anderen op hun beurt moeten wachten voor instructie. Er zijn ook speelgoedachtige vliegtuigen waarmee je bij wijze van spreken direct zelfstandig kan vliegen. Dit zijn dan echter ook de vliegtuigen die niet met wind gevlogen kunnen worden. Meestal sta je met zo'n toestelletje dan aan de grond. Leuk om eens te proberen of voor erbij als het windstil is, maar voor echt leren vliegen heb je er niet zoveel aan. Voorbeelden van goede (en slechte) trainers zullen apart worden beschreven. - Instructie geven gebeurt door vrijwilligers. Dat betekend dat niet op elk moment een instructeur beschikbaar is. We streven ernaar om op de speciale lesavond (dinsdag avond) altijd wel voldoende instructeurs te hebben. Ook in de weekeinden 's middags is lessen meestal mogelijk. Om te voorkomen dat een leerling (of nog erger de instructeur) voor niets komt zoeken we naar manieren om vraag en aanbod aan elkaar te koppelen. Deze website kan daar mogelijk een rol in spelen. - Zoals genoemd is modelvliegen een technische hobby. Je zult zelf in staat moeten zijn om je vliegtuig te bouwen of monteren en reparaties te doen. Als vereniging kunnen we daarbij natuurlijk wel helpen en aanwijzingen geven, zodat je ook dit onderdeel van de hobby kan beheersen. - Modelvliegen kost een hoop tijd. Als je 's avonds vliegt heb je altijd beperkt daglicht. Als je pas om half 8 op het veld kan zijn blijft er al niet veel tijd over. Daarnaast moet een instructeur zijn aandacht verdelen over meerdere leerlingen. Ook kan het zijn dat je op het zelfde kanaal zit als een ander clublid. modelvliegen is vooral in het begin erg inspannend, zodat je tussen de vlucht een pauze nodig hebt. Het liefst maken we 3 of 4 vluchten op een middag. 1 om weer even te wennen waar we waren. 1 om iets nieuws te leren en de rest om het te oefenen. Je hebt zeker in het begin meer dan een "uurtje" op zaterdag middag nodig om goed te leren vliegen. Met voldoende tijd, inzet en toch ook wel een beetje talent kan je zo vlot een zelfstandig vliegende modelvlieger worden. ---